donderdag 10 september 2020

Opgesloten

Voorzichtig zet ik de laptop van Geert op het schilderstafeltje van Rob. Dan loop ik naar de schuurdeur. Doe hem heel bewust dicht en draai langzaam en met aandacht de sleutel om. Ik haal de sleutel uit de deur en leg hem naast de laptop op het tafeltje. Zodat ik tijdens dit moment van herbeleven blijf zien wie de regie over de sleutel heeft. Dan leg ik mijn vingers op het toetsenbord en begin: 

"6 augustus 2020

Ik weet niet eens meer waarom het zo kwam, ik geloof dat Rob niet naar school wilde of zo. In elk geval, Geert was naar school, de meiden ook en manlief was aan het werk. Rob wilde niet naar school en was erg boos. Maar we moesten echt gaan. Ik moest nog even wat pakken uit de schuur en terwijl ik daar was draaide Rob heel bewust de schuursleutel om en sloot mij op in de schuur. Ik kon hem zien, ik zag zijn grijns, ik wist: te laat. Opgesloten. Hier kom ik nooit meer uit. Ik raakte volledig in paniek want ik heb geen idee wat Rob nu gaat doen. Hij heeft nu de regie, ik ben hem kwijt. Hij is nu de baas en ik kan niets. Ik heb geen telefoon, ik heb geen sleutel en ik heb geen mens die me helpen kan.

Ik sta daar in de schuur en roep en schreeuw naar mijn zoon die buiten staat. Heel erg boos, heel erg verdrietig en heel erg triomfantelijk omdat hij mij heeft opgesloten. Draai die sleutel om, doe de deur open, schreeuw ik het uit. Ik moet zo huilen, ik ben zo bang. Wát kan ik doen? Ik bid en smeek of God me helpt maar in tegenstelling dat ik daarvan iets merk, roept Rob: ik gooi NU de sleutel weg, dan kom je er nooit meer uit. NEEEEEEEEE schreeuw ik, maar het helpt me niets. Rob gooit de sleutel weg, de tuin in. Haha, lacht hij, nu kun je er nooit meer uit.

Hoe ik me voel? Lamgeslagen, in paniek, alleen en heel eenzaam. Op mezelf aangewezen en in handen van mijn zoon. Geboeid, gevangen, gekooid en voor altijd helemaal verlaten. Zo voel ik me. Machteloos, in de war, wat gebeurt er nu allemaal. Hoezo doetie zo, ik snap helemaal niets van mijn kind en van zijn gedrag. Waardoor ik ook niet weet hoe hij denkt. Dat is heel erg eng. Waarom dit? Honderdduizend dingen schieten door me heen en ondertussen schreeuw ik, blijf ik schreeuwen datie open moet doen. Ik hoop dat de buurvrouw thuis is, ik hoop dat iemand me komt redden maar er is helemaal niemand die me hoort. Helemaal niemand. Moederziel alleen sta ik daar en huil om mijn machteloosheid en de macht van mijn kind. Het is zo enorm pijnlijk dit. Ik voel me zo in paniek, ik weet niet meer wat ik doen moet. Nu, zo’n tien jaar later raak ik haast nog steeds in paniek. In elk geval helemaal overstuur.  En al een paar dagen kan ik niet rustig liggen zonder dit gevoel van machteloosheid en verlatenheid, in de steek gelaten door mijn zoon voor wie ik er altijd ben, kwijt te raken.

Ik weet niet hoelang ik daar heb gestaan. Schreeuwend, huilend, maar opeens opent Rob zijn hand en zegt me met niet te verstane bewoordingen dat ik eruit mag als ik doe wat hij zegt. Op dat moment beloof ik alles. Gods hand heeft me gered. Rob had de sleutel niet weggegooid. Hij had hem in zijn hand. Dat is bijzonder, want een autist van zo’n zware klasse als Rob kan normaal gesproken niet zo denken. Niet doen alsof. Ik twijfelde er daarom ook niet aan, of hij had hem echt weggegooid. Een zegen van God. Daarnaast was Rob in staat om te zien dat hij moest stoppen. Ook een zegen van God. En  daarnaast stond God al die tijd zowel naast mij in de schuur als naast hem buiten de schuur. Al voelde ik daar niets van, ik was niet alleen. Voor nu is dat een troost.

Wat ik had gedaan als het niet zo ver was gekomen, zoals in mijn dromen? Ik bedenk me steeds dat ik dan een voorwerp had moeten zoeken, dat voorwerp door de deur moeten gooien maar dan wel zo dat ik me niet bezeerde en dat Rob niet in paniek raakte of zich bezeerde. Ik bedenk dat ik het beste gereedschap uit de kast kon pakken. Ik weet niet zeker of die sleutels van de kasten binnen handbereik waren, we hadden toen al veel op slot. In elk geval had ik iets scherps gezocht, het raam open gesneden of open gegooid en dan daardoorheen naar buiten. Gelukkig is dat niet nodig geweest, maar ik blijf geneigd te bedenken: wat als hij de sleutel echt had weggegooid? Om daar dan weer extra van in paniek te raken, nu nog.  Dus dit is wel een stuk wat bij het verhaal hoort, al was het gelukkig niet nodig en is het niet gebeurd.

Ik weet nog dat ik honderd schietbedankjes naar boven heb gedaan. Op de fiets ben gegaan en Rob naar school heb gebracht. Het voorval diep weggestopt in mijn hart in de hoop er nooit meer aan te denken en het nooit meer mee te maken. Maar zo werkt het dus niet. Ook had ik een oplossing voor nog eens: vanaf dat moment liep ik met alle sleutels in mijn zak of om m’n nek zodat dit niet meer zou gebeuren. Het is niet meer gebeurd, in het echt, dankzij mijn alertheid maar voor mij is dit het ergste wat me overkomen is met Rob, het geeft de meeste paniek en de meeste onrust terug als ik er weer aan denk. Het was afschuwelijke ervaring, want ik hield al nooit van kleine ruimtes of een opgesloten gevoel. Dit heeft het wel verergerd. Omdat ik er ook nooit met iemand over praatte, loste het niet op maar bleef het sudderen. Ik hoop dat door dit te schrijven, te lezen en te herbeleven, dat het verwerkt wordt en een plekje kan krijgen. Zodat ik er aan terug kan denken zonder de angst en paniek. Maar vooral in dankbaarheid dat het niet nog erger was. Maar zover ben ik nu nog niet."

Nu, enkele weken later en na minstens tien keer alles hardop te hebben voorgelezen aan mezelf, herleefd en meegemaakt op de plek waar het gebeurde, nu ben ik er haast wel zo aan toe dat ik het kan lezen zonder te huilen. In elk geval raak ik niet meer in paniek. En al sinds de dag dat ik dit op papier zette, kan ik weer genieten van mijn dagelijkse momentjes op de bank, met mijn ogen dicht. 

Met dank aan het moment wat ik kreeg, het lenen van de laptop en van het schrijftafeltje, zomaar op een zondagmiddag. En niemand kwam me storen. Want de deur zat op slot 😉

1 opmerking:

  1. Ik weet nog dat je het vertelde op je blog. Het raakte me erg, vandaar dat ik het nu nog weet. Zo ingewikkeld, dit. Je eigen kind waar je superveel van houdt. En God, Die voor jullie allebei zorgt. Sterkte met verwerken....

    BeantwoordenVerwijderen

Laat gerust een berichtje achter, dat waardeer ik en lees ik met plezier!

Pagina's