woensdag 24 februari 2021

Het is nooit to much

 'Al was het maar één kruimel.'

De titel van het dagboekstukje staart me vrolijk aan, de donkeroranje letters doen vóórkomen alsof dit de mooiste woorden uit de Bijbel zijn. En nog voor ik begin te lezen voel ik de ergernis. Zoals altijd als ik dit lees. 

'Al was het maar één kruimel.'

De zin uit de Bijbel is uitgesproken door een vrouw die niet bij het volk van Israël hoorde, maar wel aan Jezus vroeg om genezing. Het gesprek gaat over in een voorbeeld waarin de vrouw uiteindelijk zegt dat de honden die rond de eettafel lopen de kruimeltjes die de kinderen laten vallen, onder die tafel oplikken. 

'Al was het maar één kruimel.'

Heeft de vrouw het hier over zichzelf, dat ze als een hondje de kruimels likt? Zo wordt het wel vaak gebracht. Maar mijns inziens gaat ze gewoon mee in het voorbeeld wat Jezus haar geeft. Hij zegt eerder in het gesprek dat het niet goed is eerst de hondjes iets te geven nog voor de kinderen het brood hebben gehad. En ja, daar kan ik het wel mee eens zijn. En deze vrouw beaamt dat. Ja zegt ze, maar diezelfde hondjes likken wel de kruimels onder tafel op.

'Al was het maar één kruimel.'

Heeft de vrouw genoeg aan een kruimel? Of: Moeten wij God bidden om een kruimel genade, een beetje genezing? Terwijl Zijn enorme liefde voor ons, ons alles wil geven wat we nodig hebben? Mogen we genoegen nemen met alleen maar een kruimel van Zijn heerlijkheid? Lees maar eens goed. De vrouw komt naar Jezus toe om te vragen of Hij de demon uit haar dochter wilt uitwerpen. Niet een beetje demon, niet een kruimeltje demon maar gewoon helemaal. Voor altijd over en uit dat meiske, volledig genezen. Dus als we het voorbeeld van deze niet Joodse vrouw mogen volgen, mogen we bidden om alles, compleet en volledig. Eenvoudig weg omdat Jezus geen half werk doet.

'Al was het maar één kruimel.'

De laatste tijd hoor ik enorm veel bidden in allerlei kerken. Wat bidden we? Of de maatregelen weer minder mogen worden, of corona minder mag worden, of het vaccin wel helpt, en o ja, dank U Heere, voor het vaccin 😳 Laatst hoorde ik een dominee die wel dankte voor het vaccin maar niet bad of God de corona compleet wilde verwijderen, verwoesten, uitwerpen. Als die vrouw die dat bidt voor haar dochtertje. Werp hem uit Heere, die demon en maak alstublieft mijn dochtertje gezond! 

'Al was het maar één kruimel.'

Misschien is het goed. Nee, fout. Het is goed om samen op de knieën te gaan, onze plaats te weten, klein voor onze God te worden, onze schuld te belijden, ook de collectieve schuld van ons land en in Zijn Naam te bidden dat corona compleet verdwijnt. En niet alleen dat virus, maar ook al het lijden wat het met zich mee brengt. Psychisch, sociaal, financieel en maatschappelijk. Niet zodat we door kunnen in deze wereld zoals we gewend zijn of waren, maar tot eer van onze God en Heere, die alle ziekten, alle zonden op zich genomen heeft zodat Hij ons Zijn liefde kon geven.

'Al was het maar één kruimel.'

Nee, Hij gaf zichzelf. Hij gaf alles. En dat wil Hij nog doen. Bid daarom om herstel, vernieuwing,  bekering en gezondheid in Zijn Naam. Hij geeft graag en in overvloed. Vaak is dat meer dan we durven vragen. Dus waarom niet gewoon doen? 

donderdag 11 februari 2021

Mijn opa, dank je wel voor wie je was

 Mijn opa. Hij was van 1906 en 68 toen ik werd geboren. In zijn werkzame leven busschauffeur, maar daar ben ik me nooit echt bewust van geweest. Hij was stapel op me, al vanaf het allereerste begin. Misschien omdat ik vernoemd was naar zijn vrouw, mijn oma? Of omdat ik leek op z’n enige dochter, mijn  moeder? Opa was dol op de tuin, hield kippen, echt een megaschuur vol! En later, toen het teveel werd, fazanten. Hij at graag vis en elke dag een bordje rijstemeel, net als ik nu doe! Hij zat altijd stil te luisteren naar de dominee vanuit het kastje, maar ging, in mijn beleving, nooit mee naar de kerk, waarom weet ik eigenlijk niet, maar oma zat altijd alleen. Ik mocht vaak bij haar zitten, bank 20, daar zat ze op het hoekje. En daar bleef ze zitten, ook na opa’s dood. 

Opa zat graag op zijn eigen stoel, okergeel wastie en het had grote armleuningen. Hij zat dan voor het raam en naast de radiator, dat was toen een hele brede hoge kachel, waar je heerlijke warmte van kreeg en met je hele rug tegenaan kon zitten. Maar ’t liefst zat ik bij opa op schoot. Opa was een erg stille man, maar kon me soms opeens een aai over m’n hoofd geven en zei dan liefdevol: "Mien deerntie". 

Hij was een man van weinig woorden, ging stil zijn weg, deed wat gedaan moest worden en was veilig. Heel erg veilig. Ik wist precies wat ik aan hem had. En wist: bij opa is het goed te zijn. Bijna elke woensdagmiddag en zaterdag was ik bij opa en oma. Ik zong, speelde blokfluit of speelde met mijn nichtjes. Maar nooit ging ik weg zonder even bij opa te hebben gezeten. Hij keek naar buiten en stak zijn hand op naar iedereen die naar binnenkeek. Dat was mijn opa, stil, teruggetrokken maar veilig en vriendelijk. En terwijl de beperkingen hem zwaar vielen, slecht kunnen lopen, weinig meer horen, vergeetachtig worden met de daarbij behorende dingen als afscheid nemen van zijn kippen, zijn auto en van een gezond lijf bleef opa voor mij opa. En ik? Ik bleef zijn deerntie. En voor mij was dat genoeg.

Zijn overlijden overrompelde me enorm. We waren op vakantie en juist die dag zou hij met oma bij ons komen. Wát keek ik daar naar uit. Maar opa kwam niet. Hoe heftig was dat voor me! Maar wat een troost, waarmee ik nu leven kan is dit: mijn opa hield van mij. Hij heeft me geleerd wat het is om je veilig te kunnen voelen bij de ander. Om te kunnen vertrouwen, lief te hebben en te genieten van iemands aanwezigheid. Want hij was mijn opa. En ik zijn deerntie.

Dank je wel opa, voor de mooie jaren die je me gaf. Dank je wel voor wat je me leerde, wat je me in de stille, kostbare momenten liet zien en vertelde. Dank je wel voor de intense verbondenheid die we met elkaar voelden. Dank je wel dat je mijn opa was. En ik jouw deerntie.


Geschreven nav de opdracht van mijn cursus Rouwconsulent. 

donderdag 4 februari 2021

Stop het gevecht, omhels je situatie

Terwijl mijn oren licht suizen en het kussen één oor helemaal doof maakt, open ik voorzichtig mijn ogen. Gelukkig, het lampje doet het nog. Ik sluit mijn ogen weer en haal eens diep adem. Mijn hand onder mijn buik gedraaid, stevig tegen mijn lijf aangedrukt en ik draai maar gewoon even helemaal op mijn buik. De hand ondersteunt mijn rug, maar niet heel lang kan ik zo liggen. Het is mijn lighouding als ik onrustig ben. Alsof ik dan met heel mijn gewicht mijn matras in zak. Alsof dat helpt. Maar eigenlijk helpt niets. Al sinds ik corona had, is dit mijn manier van in slaap vallen. De onrust neemt toe naarmate ik slechter slaap. Want stel dat ik wakker word en niet meer kan slapen? Ik heb al verschillende keren op een uiterst vroeg tijdstip beneden gezeten. Want eenmaal wakker, dan wil mijn lijf actie. Om zo de onrust weg te werken. Maar ondertussen word ik steeds meer moe 😓

Stil wacht ik tot het kloppen van mijn hart, wat zich uit in gebons in mijn oren, wat minder wordt. Ik tel mijn hartslag, probeer hem zo zachtjes aan wat te laten zakken. Ik zing in stilte een psalm, psalm 84 deze keer, alle verzen. Dat helpt me te richten op mijn Koning in plaats van op mijn onrust. Want die relatie wil ik voeden en niet mijn angst. 

Dan is daar opeens die gedachte. Of is het een stem in mijn hart? Ja, ik geloof het echt. God komt heel persoonlijk tot mij en spreekt mij aan. Een liefdevolle vermaning klinkt in mijn hart en resoneert in mijn hele lijf. Woorden die ik niet mag vergeten! 

'Mijn lieve dochter. Stop nu toch eens met dat vechten. Je bent alleen maar aan het vechten tegen alles wat er gebeurt en gebeurd is. Stop er maar mee, je wint het toch niet. Omhels deze wereld, met alle lellende die er in is. Omhels deze wereld, want Ik heb hem gemaakt en Ik houd hem vast. Omhels de situatie waar je in zit en geef Mijn liefde en genade door aan anderen. Door een glimlach, een positief woord, door liefde te geven die je van Mij hebt ontvangen. En ja, terwijl jij Mijn wereld omhelst, houd Ik je vast. Ik draag je door deze moeilijke tijden en Ik houd alles in mijn hand.' 

En met dat deze woorden zich één maken met mijn lijf en geest komt er een rust over me die ik in tijden niet gehad hebt. En met de zekerheid dat God me vasthoudt, voel ik dat het me lukt om deze wereld te omhelzen, corona te omhelzen, onze situatie te omhelzen en de beperkingen te omhelzen. En ik ervaar  dat ik kracht krijg om dwars door die situatie's heen het verschil te maken. Ik voel mijn vechtlust tegen alle maatregelen verdwijnen. Ik hoef helemaal niet te vechten. Het is Gods strijd. Ik hoef eigenlijk helemaal niets. Hij houdt me vast en door Hem kan ik worden wie Hij wilt dat ik ben. 

Die nacht slaap ik weer niet in één keer door. Maar de momenten dat ik wakker lig, ervaar ik zo Zijn aanwezigheid dat ik rustig kan blijven liggen en mag genieten van het feit gedragen te worden. En denk ik na. Is omhelzen hetzelfde als accepteren? In zekere zin wel, maar voor mij voelt het nu niet alsof ik alles klakkeloos aan ga nemen van wat moet. Ik blijf kritisch kijken naar alles wat er gebeurt, maar boven alles staat Mijn Heere, die vasthoudt en draagt. Dat wist ik al, maar weet dat nu uit eerste Hand. Hij, de God van vrede en rust geeft dan ook rust. 

Als ik van de wekker wakker wordt (!) en peins over deze bijzondere nacht, komt als bevestiging het lied van Matthijn Buwalda in mij op. Klik hier maar even, de tekst lees je hieronder. 

Sterke held
Ik kijk naar jouw gevecht
Je sterke rug lijkt elke dag
Een beetje minder recht
Geef je hand
En geen gebalde vuist
Ik kan niets geven
Zo lang jij voor Mij je handen sluit

Je kunt de strijd tegen jezelf niet winnen
Al vecht je door tot aan de dood
Je kunt er niets tegen beginnen
Dus waarom houd jij je groot?

Staak de strijd
Dit is niet langer jouw gevecht
Verlies jezelf
Dan win je echt
Geef het aan Mij
Stop je verzet

Staak de strijd
Die Ik gewonnen heb voor jou
omdat je die nooit winnen zou
Geef het aan Mij
En word gered

Sterke held
Geef mij je woede maar
Als jij je over geeft
Ligt hier de overwinning klaar
Laar het los
En geef je last aan Mij
Ik heb gevochten aan een kruis
zodat je vrij kunt zijn

Als je uitgeput bent
Kom tot Mij
Als je moe gestreden bent
Ik sta aan jouw kant
Als je stil kunt zijn
En je Mij als God erkent

Pagina's