donderdag 11 februari 2021

Mijn opa, dank je wel voor wie je was

 Mijn opa. Hij was van 1906 en 68 toen ik werd geboren. In zijn werkzame leven busschauffeur, maar daar ben ik me nooit echt bewust van geweest. Hij was stapel op me, al vanaf het allereerste begin. Misschien omdat ik vernoemd was naar zijn vrouw, mijn oma? Of omdat ik leek op z’n enige dochter, mijn  moeder? Opa was dol op de tuin, hield kippen, echt een megaschuur vol! En later, toen het teveel werd, fazanten. Hij at graag vis en elke dag een bordje rijstemeel, net als ik nu doe! Hij zat altijd stil te luisteren naar de dominee vanuit het kastje, maar ging, in mijn beleving, nooit mee naar de kerk, waarom weet ik eigenlijk niet, maar oma zat altijd alleen. Ik mocht vaak bij haar zitten, bank 20, daar zat ze op het hoekje. En daar bleef ze zitten, ook na opa’s dood. 

Opa zat graag op zijn eigen stoel, okergeel wastie en het had grote armleuningen. Hij zat dan voor het raam en naast de radiator, dat was toen een hele brede hoge kachel, waar je heerlijke warmte van kreeg en met je hele rug tegenaan kon zitten. Maar ’t liefst zat ik bij opa op schoot. Opa was een erg stille man, maar kon me soms opeens een aai over m’n hoofd geven en zei dan liefdevol: "Mien deerntie". 

Hij was een man van weinig woorden, ging stil zijn weg, deed wat gedaan moest worden en was veilig. Heel erg veilig. Ik wist precies wat ik aan hem had. En wist: bij opa is het goed te zijn. Bijna elke woensdagmiddag en zaterdag was ik bij opa en oma. Ik zong, speelde blokfluit of speelde met mijn nichtjes. Maar nooit ging ik weg zonder even bij opa te hebben gezeten. Hij keek naar buiten en stak zijn hand op naar iedereen die naar binnenkeek. Dat was mijn opa, stil, teruggetrokken maar veilig en vriendelijk. En terwijl de beperkingen hem zwaar vielen, slecht kunnen lopen, weinig meer horen, vergeetachtig worden met de daarbij behorende dingen als afscheid nemen van zijn kippen, zijn auto en van een gezond lijf bleef opa voor mij opa. En ik? Ik bleef zijn deerntie. En voor mij was dat genoeg.

Zijn overlijden overrompelde me enorm. We waren op vakantie en juist die dag zou hij met oma bij ons komen. Wát keek ik daar naar uit. Maar opa kwam niet. Hoe heftig was dat voor me! Maar wat een troost, waarmee ik nu leven kan is dit: mijn opa hield van mij. Hij heeft me geleerd wat het is om je veilig te kunnen voelen bij de ander. Om te kunnen vertrouwen, lief te hebben en te genieten van iemands aanwezigheid. Want hij was mijn opa. En ik zijn deerntie.

Dank je wel opa, voor de mooie jaren die je me gaf. Dank je wel voor wat je me leerde, wat je me in de stille, kostbare momenten liet zien en vertelde. Dank je wel voor de intense verbondenheid die we met elkaar voelden. Dank je wel dat je mijn opa was. En ik jouw deerntie.


Geschreven nav de opdracht van mijn cursus Rouwconsulent. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat gerust een berichtje achter, dat waardeer ik en lees ik met plezier!

Pagina's