dinsdag 14 mei 2019

Over houthakkers en watersjouwers

Heb jij dat ook wel eens? Dat als je kijkt naar jezelf, dat je dan echt niet snapt waarom God nog zoveel geduld met je heeft? En genade. En liefde. Liefde! Hij houdt van me, ondanks alles waarin ik te kort schiet, wat ik laat gaan en wat ik niet doe houdt Hij van me. Onvoorstelbaar toch!

Vanmorgen las ik Jozua 9. Gewoon omdat het aan de beurt was.
Het ging over het volk van Gibeon, die erg bang waren voor het volk Israël. Zij kwamen vanuit Egypte gereisd en zouden het hele gebied in beslag gaan nemen. Niet gek dat de Gibeonieten bang waren en vanuit hun angst een slimme list bedachten. Ze gingen als reizigers onderweg naar Jozua, de leider van Israël en deden vóórkomen dat ze van heel ver kwamen! Ze vroegen om genade en na een poosje praten sloten ze een verbond. Jozua namens het hele volk Israël en de Gibeonieten. Samen zouden ze gaan voor vrede.

De Israëlieten zijn er in geluisd! De Gibeonieten kwamen niet van ver, ze waren één van de volken die uitgeroeid moesten worden. Maar dankzij dat verbond van vrede bleven ze bestaan.

Uiteraard was Jozua boos. Waarschijnlijk ook op zichzelf. Per slot van rekening had hij de beslissing genomen en was hij totaal vergeten te vragen wat God hiervan vond. Maar Jozua is ook een man van zijn woord. Hij kon het verbond met deze 'vijanden' niet verbreken en liet hen in leven. Wel moesten ze werken voor hun vrijheid. Houthakkers en watersjouwers konden ze zijn, meer rechten hadden ze niet.

Het verhaal gaat steeds door mijn hoofd. Het lijntje doortrekken naar nu is snel gedaan. Hoe bijzonder dat het voor ons anders is. Hoe vaak doe ik me niet anders voor dan ik ben? Hoe vaak sluit ik geen verbondjes met iets wat niet kan? Wat Gods goedkeuring niet heeft? Hoe vaak kies ik niet mijn eigen weg, mijn eigen zin? En lijkt het me nog wel een goede keuze ook?
God heeft een verbond met me gesloten, met alle mensen wil Hij dat doen, terwijl Hij weet dat ik me daar niet aan ga houden. Niet aan kán houden zelfs. En toch blijft Hij bij me, houdt Hij me vast en mag ik steeds weer terug komen.

Word ik dan als houthakkertje door Hem aan het werk gezet? Zo van: daar heb je haar weer, wat kunnen we haar laten doen zodat ze haar plaats weet? Nee, Hij gaf Zijn Zoon, die mijn straf betaalde. En door Jezus bood Hij mij vergeving van mijn misstappen en tekortkomingen aan. Door Jezus biedt Hij mij Zijn Vriendschap aan. Door Hem geeft Hij mij het kindschap. In Hem ben ik veilig, vrij en rijk, een Koningskind. Want Hij is mijn Koning en Vader.

Word ik dan als watersjouwer gebruikt om zo mijn vrijheid te verdienen? Nee, want Zijn Zoon Jezus, die mij vrijheid gaf, zegt: Ik ben het Levende Water. Kom maar naar Mij, dan zul je nooit geen dorst meer hebben. Aan Hem heb je genoeg, dat is wat Hij zeggen wil.

In tegenstelling tot die Gibeonieten hoef ik niets, maar dan ook helemaal niets toe te voegen aan mijn vrijheid. Ik hoef er niet voor te werken, ik mag er uit leven. Dat is een blijde boodschap! Vanuit Zijn vrede en vrijheid leven tot eer van Hem. Voor iedereen beschikbaar. Waarom zou je dat niet eens proberen? Hij wacht op je. Vol liefde. Want Hij ís liefde. Kom!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat gerust een berichtje achter, dat waardeer ik en lees ik met plezier!

Pagina's